Italiaans : Nederlands la schermata = het beeldscherm collegarsi a un sito = een website bezoeken il sito internet = de website sostenere = ondersteunen il socio / la socia = het lid il servizio civile = de burgerdienst il campo di lavoro = het werkkamp il volontariato = het vrijwilligerswerk il progetto = het project la ricerca = het onderzoek il Nord = het noorden la durata = de duur gg (giorni) = dagen il Sud = het zuiden l'Asia = Aziƫ l'Africa = Afrika l'inclusione = de integratie sociale = sociaal giovanile = jongeren-, jeugd- scaricare = downloaden il significato = de betekenis copiare = kopiƫren salvare = opslaan eliminare = verwijderen entrare = binnenkomen cliccare = aanklikken candidarsi = zich kandidaat stellen registrarsi = zich aanmelden la vacanza studio = de studiereis lo studio = de studie il documento = het document preparare le valigie = de koffers pakken il portafoglio = het portfolio il passaporto = het paspoort la macchina fotografica = het fototoestel la patente = het rijbewijs l'imperativo = de gebiedende wijs pure = gerust a buon prezzo = voor een zacht prijsje la segreteria = het secretariaat il consiglio = het advies perdere qualcosa = iets verliezen cercare qualcosa = iets zoeken l'azienda = het bedrijf creare qualcosa = iets scheppen / oprichten il servizio = de dienstverlening stancarsi = genoeg van iets krijgen l'industria = de industrie fondare qualcosa = iets stichten il / la professionista = de vakman / vrouw il settore = de sector l'hobby = de hobby il farmaco = het geneesmiddel il foglio = het blad papier la professione = het beroep presso = bij, in il contratto = het contract il rapporto = het rapport il capo = de baas, de chef il futuro = de toekomst