Duits : Nederlands ein Praktikum machen = stage lopen herstellen / fertigen = produceren / vervaardigen die Messe = de beurs das Anmeldeformular = het inschrijfformulier / het aanmeldingsformulier gewünscht = gewenst der Stand = de stand der Prospekt / das Prospekt = de brochure die Anmeldedaten = de inschrijfgegevens / de aanmeldingsgegevens die Korrespondenz = de correspondentie die Firma / der Betrieb = het bedrijf / de firma das Postfach = de postbus die PLZ / die Postleitzahl = de postcode abweichend = afwijkend die Versandadresse / die Versandanschrift / die Lieferadresse / die Lieferanschrift = het leveringsadres / het afleveradres die Rechnungsadresse / die Rechnungsanschrift = het factuuradres siehe Anlage = zie bijlage der Ansprechpartner = de contactperson der Mitaussteller = de mede-exposant / de medetentoonsteller der Hauptmieter = de hoofdhuurder die Kundennummer = het klantnummer sich anmelden = zich aanmelden / zich inschrijven die Größe = de grootte der Quadratmeter / qm / m² = de vierkante Meter grenzen an = grenzen aan der Gang = de gang durchgängig = doorlopend falls = indien die Platzierung = de plaatsing erlaubt = toegestaan / geoorloofd ab 16 qm / ab 16 m² = vanaf 16 m² der Systemstand = de systeemstand die leere Fläche = hier: de lege ruimte der Eigenbau = hier: het zelf bouwen der Anschluss = de aansluiting bedingt = beperkt das Standschild = het informatiebord bij de stand im Mitpreis enthalten / im Mietpreis inbegriffen = in de huurprijs inbegrepen / bij de huurprijs inbegrepen mitteilen ob = mededelen of / laten weten of die Voraussetzungen erfüllen / die Bedingungen erfüllen = aan de voorwaarden voldoen beantragen = aanvragen ausstellen = uitreiken / verstrekken / tentoonstellen zusätzlich = extra / toegevoegd die Hülle = de hoes vorläufig = voorlopig die Genehmigung = de vergunning der Ersatz = de vervanging / het vervangende exemplaar verärgern = ergeren der Beamte = de ambtenaar die Gebühr = de kosten / de vergoeding ständig / dauernd = voortdurend jeweilig / betreffend = desbetreffend die Anforderung = de vereiste einen Antrag stellen = een aanvraag indienen die Leistung = de prestatie / het vermogen außerdem = bovendien der Anhänger = hier: de aanhangwagen erforderlich = noodzakelijk der Parkausweis = de parkeerpas der Verlust = het verlies der Ausnahmefall = het uitzonderingsgeval inklusive = inclusief / incluis die Zahlungsbedingungen = de betalingsvoorwaarden / de betalingscondities die Versandkosten = de verzendkosten vorteilhaft / günstig = voordelig / gunstig das Ersatzteil = het reserveonderdeel die Anfrage = de aanvraag der Artikel = het artikel anbieten = aanbieden der Geschäftsführer = de algemeen directeur / de directeur / de bedrijfsleider