bezahlen es gibt die Größe - die Größen
der Supermarkt - die Supermärkte Geld wechseln das Hemd - die Hemden
das T-Shirt - die T-Shirts die Jacke - die Jacken der Pullover - die Pullover
der Mantel - die Mäntel die Jeans der Schuh - die Schuhe
die Hose - die Hosen sauber schmutzig
teuer gefallen verkaufen
zahlen suchen Es gibt keine Milch mehr.
Ich brauche etwas gegen Fieber. Ich habe alles bezahlt. Wo kann ich Geld wechseln, bitte?
Ich habe Größe 44. Das Hemd gefällt mir. Die Jacke nehme ich.
de maat - de maten er is betalen
het hemd - de hemden geld wisselen de supermarkt - de supermarkten
de trui - de truien de jas - de jassen het T-Shirt - de T-Shirts
de schoen - de schoenen de spijkerbroek - de spijkerbroeken de mantel - de mantels
vies schoon de broek - de broeken
verkopen bevallen duur
Er is geen melk meer. zoeken betalen
Waar kan ik geld wisselen, alstublieft? Ik heb alles betaald. Ik heb iets tegen koorts nodig.
De jas neem ik. Het hemd bevalt mij. Ik heb maat 44.
Ich möchte bitte ein Kilo Tomaten. Ich nehme ein Kilo von dem Käse da. Wo hast du das gekauft?
Was kostet der Mantel? Ich suche Jeans, Größe 36. Das kostet eins fünfzig.
Ich kaufe immer im Supermarkt ein. Ich habe ein T-Shirt gekauft. Kann ich mit Karte zahlen?
Das ist sehr teuer! Das Wasser kostet nichts. Geöffnet von 9 bis 17 Uhr.
Der Preis ist hoch. Die Sachen sind hier billiger. Können Sie mir das bitte zeigen?
Die Milch ist leider aus.
Waar heb je dat gekocht? Ik neem één kilo van die kaas daar. Ik wil graag één kilo tomaten.
Dat kost één euro vijftig. Ik ben op zoek naar een jeans, maat 36. Wat kost de mantel?
Kan ik pinnen? Ik heb een T-Shirt gekocht. Ik koop altijd in een supermarkt.
Geopend van 9 tot 17 uur. Het water kost niks. Dat is erg duur!
Kunt u het mij alstublieft laten zien? De spullen zijn hier goedkoper. De prijs is hoog.
De melk is helaas op.