Duits : Nederlands der Nutzer = de gebruiker anmelden, einloggen = aanmelden, inloggen abmelden, ausloggen = afmelden, uitloggen sicher = veilig unsicher = onveilig gefährlich = gevaarlijk die Werbung = de reclame die Anzeige = de advertentie geheim = geheim schützen = beschermen verraten = openbaren gehören = van iemand zijn vorhaben = van plan zijn die Spam-Mail = de spam das Postfach = het postvak die Suchmaschine = de zoekmachine die Suchanfrage = de zoekopdracht das soziale Netzwerk = het sociale netwerk das Profil = het profiel öffentlich = openbaar freigeben = openbaar maken die Schikane = de pesterij das Gerücht = het gerucht belästigen = lastig vallen das Nutzerkonto = het gebruikersaccount