der Urlaub / die Ferien (meervoud) die Hochsaison / die Hauptsaison die Nebensaison
das Wochenende vom Montag bis Freitag die Sommerferien
die Weihnachtsferien die Osterferien die Herbstferien
die Wintersportferien / der Skiurlaub die Schulferien Ferien haben / im Urlaub sein
der Tourismus der Tourist der Kongresstourismus
die Zielgruppe der Sommergast der Badeort
der Wintersportort der Kurort der Geschäftsmann
die Geschäftsfrau
het laagseizoen het hoogseizoen de vakantie
de zomervakantie de midweek het weekend
de herfstvakantie de paasvakantie de kerstvakantie
met vakantie zijn de schoolvakantie de wintersportvakantie
het congrestoerisme de toerist het toerisme
de badplaats de zomergast de doelgroep
de zakenman het kuuroord de wintersportplaats
de zakenvrouw