Engels : Nederlands to cause = veroorzaken these causes include = onder deze oorzaken vallen a runny nose = een loopneus problems breathing = moeite met ademhalen to swallow = slikken to feel faint = zich zwak voelen over-the-counter medicines = geneesmiddelen in de vrije verkoop to prescribe = voorschrijven a physical exam = een lichamelijk onderzoek a cough = een hoestje the tonsils = de amandelen swollen neck glands = opgezette halsklieren other side effects = andere bijwerkingen to become resistant to = resistent worden tegen the illness = de ziekte is due to = is te wijten aan the common cold = de gewone verkoudheid muscle aches = spierpijn the pain reliever = de pijnstiller gargling = gorgelen the ice cream = het roomijs the popsicle = de ijslolly