Band-Aid
I need a Band-Aid for my wound. |
bandage
She had a bandage on her injured vinger. |
constipation |
crutches
He needs crutches to walk after breaking his leg. |
first aid kit
I took the Band-Aid from the first aid kit. |
head ache
After bumping her head, the girl got a head ache. |
ill | intestine | medicine |
nauseous
He started feeling nauseous on the rollercoaster. |
nurse
She is a nurse in the hospital. |
plaster cast
He needs a plaster cast for his broken leg. |
shot |
stomach ache
She eat so much candy, now she got a stomach ache. |
(to) break |
(to) burn | (to) burp | (to) cough |
(to) fart | (to) hurt | (to) sprain |
(to) swallow | (to) vomit | wheelchair |
X-ray |
verstopping |
verband
Ze had een verband om haar verwonde vinger. |
pleister
Ik heb een pleister voor mijn wond. |
hoofdpijn
Nadat ze haar hoofd had gestoten, kreeg het meisje hoofdpijn. |
ehbo doos
Ik nam een pleister uit de ehbo doos. |
krukken
Hij heeft krukken nodig om te lopen nadat hij zijn been had gebroken. |
medicijnen | darm | ziek |
gips
Hij heeft gips nodig voor zijn gebroken been. |
verpleegster
Ze is een verpleegster in het ziekenhuis. |
misselijk
Hij begon zich misselijk te voelen op de achtbaan. |
breken |
buikpijn
Ze heeft zoveel snoep gegeten, nu heeft ze buikpijn. |
spuitje |
hoesten | boeren | (ver)branden |
verstuiken | pijn hebben | winden laten |
rolstoel | overgeven | slikken |
rontgenfoto |