(to) fall (to) fail (to) escape
(to) enjoy (to) drop (to) drive
(to) do (to) deliver (to) dance
(to) come (to) close (to) climb
(to) clean (to) chase (to) catch
(to) carry (to) can (to) call
(to) buy (to) build (to) break
(to) borrow (to) blow (to) begin
(to) arrive (to) answer
ontsnappen mislukken vallen
rijden laten vallen genieten
dansen leveren doen
klimmen sluiten komen
vangen jagen schoonmaken
roepen kunnen dragen
breken bouwen kopen
beginnen blazen lenen
antwoorden aankomen