surname Christian name address
postcode city/town mobile
work date of birth day
month year March
nationality Dutch England
have long already
here yes old
when were born alone
with friends or
adres (het) voornaam (de) achternaam (de)
mobiel plaats (de) postcode (de)
dag (de) geboortedatum (de) werk (het)
maart jaar (het) maand (de)
Engeland Nederlandse nationaliteit (de)
al lang heb / hebben / hebben
oud ja hier
alleen ben geboren wanneer
of vrienden bij
relatives married to
a Dutchman him
his we live
you (plural) no flat
outside children boy
of girl why
want that all
know has son
daughter her husband
met getrouwd familie (de)
hem Nederlander een
wonen we zijn
flat (de) nee jullie
jongen (de) kinderen buiten
waarom meisje (het) van
allemaal dat wil
zoon (de) heeft weten
man (de) haar dochter (de)
their
hun