family brothers sisters
normal child play
found/ thought uncles aunts
nephews/ cousins nieces/ cousins miss
fortunately youngest rest
photo these are father
mother young what kind of
farmer teaches that's
coincidence mine him
zussen broers gezin (het)
spelen kind (het) normaal
tantes ooms vond
mist nichten neven
rest (de) jongste gelukkig
vader (de) dit zijn foto (de)
wat voor jong moeder (de)
da's / dat is geeft les boer (de)
'm / hem / mijn vader de mijne / mijn moeder toevallig
are divorced grandmother was babysitting
were like/ love her
to holidays birthdays
each other live grandparents
chair in the front grandfather
died unfortunately known
that one plays role
about everything opinion puts
sofas grandchildren grandma's
paste (op) oma (de) / grootmoeder gescheiden
haar hou (van) waren
verjaardagen feestdagen naar toe
grootouders leven elkaar
opa (de) vooraan stoel (de)
gekend jammer genoeg gestorven
rol (de) speelt die ene
steekt mening (de) overal over
oma's kleinkinderen banken
will law
wet (de) wil (de)