Engels : Nederlands
reach = bereiken
rather = tamelijk
age = leeftijd (de)
on average = gemiddeld
die = overlijden
ready-made = kant-en-klare
seems = schijnt
fat = vet
fat/ thick = dik
take exercise = bewegen
legs = benen
serve = dienen
heart = hart (het)
chance = kans (de)
back = rug (de)
(small) bottle = flesje (het)
mouth = mond (de)
headphones = koptelefoon (de)
extra = extra
loud = harde
ears = oren
alcohol = alcohol (de)
traffic = verkeer (het)
accidents = ongelukken
result in = gevolg (het)
use = gebruik (het)
increases = neemt toe
young people = jeugd (de)
media = media
government = overheid (de)
advice = raad (de)
enjoy = geniet
in moderation = met mate
however = echter
blood = bloed (het)
are right = hebben gelijk
scientifically = wetenschappelijk
proved = bewezen
cheers = proost
health = gezondheid (de)
smoke = roken
packet = pakje (het)
cigarettes = sigaretten
are sold = verkocht
cafes = cafes
prohibited = verboden
forbids = verbiedt
perhaps = wellicht
relation = verband (het)
length = lengte (de)
club/ society = club (de)
member = lid (het)
women = vrouwen
receive = ontvang
club magazine = clubblad (het)
size = maat (de)