Engels : Nederlands advantage = voordeel balance = restbedrag benefit = voordeel hebben van cancel = annuleren capital = hoofdletter communal amenities = gemeenschappelijke faciliteiten courteous = beleefd deduct = in mindering brengen discount = korting dot = punt effort = poging free = gratis guest survey = gastenenquĂȘte hyphen = streepje invoice = rekening long car drive = lange autorit maintenance = onderhoud member = lid parking = parkeerplaats pitch = plaats private shower = douche op de kamer rent = huren repeat = herhalen revenue = inkomsten skill = vaardigheid sources = bronnen spot = plek stay = verblijf stow = opslaan