Engels : Nederlands at least = minstens awake = wakker awesome = fantastisch / fantastische before = eerder belong to = zijn van bottom = bodem carriage = rijtuig case = geval charge = opladen cleaner = schoonmaker confirm = bevestigen convenient = handig conversation = gesprek crowded = stampvol few = weinig hand-painted = handgeschilderd hold down = ingedrukt houden / indrukken human beings = mensen it's set = het speelt zich af lie = liggen make a call = bellen make sure = ervoor zorgen / er voor zorgen old-fashioned = ouderwetse / ouderwets prefer = geven de voorkeur aan / hebben liever public = openbare / openbaar rather = liever recently = de laatste tijd / laatste tijd remove = verwijderen replace = vervangen solar power = zonne-energie soon = snel suggest = voorstellen voice = stem worth = waard