Engels : Nederlands amount = bedrag caretaker = conciërge checkout = kassa counter = toonbank cover = deksel cutlery = bestek directions = de weg exchange = uitwisseling hallway = hal impression = indruk insert = inwerpen photocopier = kopieerapparaat principal = hoofd slot = sleuf vending machine = verkoopautomaat while = terwijl be prepared = erop voorbereid zijn branch = tak Caution! = Waarschuwing! conditions = omstandigheden enter = ingaan garbage bag = vuilniszak lifeguard = strandwacht lifejacket = reddingsvest prohibited = verboden property = bezit protection = bescherming reduce = verminderen sunscreen = zonnebrandcrème vary = verschillen visible = zichtbaar waste = afval anxious = bezorgd application form = aanmeldingsformulier late = te laat My pleasure. = Graag gedaan. rollercoaster = achtbaan although = hoewel bark = blaffen beauty = schoonheid because of = vanwege break = breken breathtaking = adembenemend broke = brak broken = gebroken cage = kooi cave = grot complete = voltooien deadly = dodelijk drag = slepen drown = verdrinken emergency = noodgeval escort = begeleiden exhibition = tentoonstelling feet = voet finally = tot slot path = pad prove = bewijzen purchase = kopen realize = beseffen recover = herstellen spider = spin striking = opvallende wave = golf well-known = bekende