Engels : Nederlands alter = wijzigen avert = afwenden benefits = baten billion = miljard blister = blaar bunch of = bos challenge = uitdaging consider = overwegen convert = omschakelen council = raad court = speelveld crawl with = wemelen van creepy = griezelige damp = vochtig decision = beslissing delighted = heel blij developments = ontwikkelingen discouraged = ontmoedigd disposal = verwijdering either / or = of employ = in dienst hebben endurance = uithoudingsvermogen express = uitdrukken feel ashamed = zich schamen gain weight = aankomen game = wedstrijd guards = beschermers harmless = ongevaarlijk hoop = ring increase = toename keep up to date = op de hoogte blijven kick-off = aftrap layers = laagjes like that = zo'n load = lading lower = verlagen major = belangrijk matter = van belang zijn movement = beweging nephew = neefje on your own = in je eentje opinion = mening particularly = vooral payment = betaling powder = poeder precautions = voorzorgsmaatregelen purpose = bedoeling reassure = geruststellen reigning = regerend replace = vervangen resistance = weerstand rinse = afspoelen say = zeggen show up = opdagen silence = stilte spokesman = woordvoerder statement = bewering striker = spits subject = onderwerp summarize = samenvatten susceptible = vatbaar take advantage = profiteren tell a joke = een grap vertellen terrified = doodsbang thankfully = gelukkig trust = vertrouwen unknown = onbekend valid = geldig van = busje victory = overwinning Why is that? = Waarom is dat zo?