Engels : Nederlands to acknowledge = toegeven to acquire = krijgen affectionate = lief / hartelijk captivity = gevangenschap to cease = ophouden / stoppen elaborate = uitgebreid to face the truth = onder ogen zien gratitude = dankbaarheid lap = schoot litter = nest jongen / nest mature = volwassen to mourn = rouwen om / rouwen persuasion = overhalen / overreding / overredingskracht to resist = zich verzetten tegen to settle = je draai vinden in valid = geldig to accomplish = bereiken (na hard werken) / bereiken accuracy = nauwkeurigheid accurate = nauwkeurig to be in awe = ontzag hebben / respect hebben to be obsessed with = bezeten zijn van / vol zijn van binge drinking = comazuipen budding = veelbelovend business venture = zakelijke onderneming committed = toegewijd / vol inzet compassionate = meelevend conscious of = bewust van disorder = stoornis entitled = genaamd entrepreneur = ondernemer geared towards = gericht op healing = genezend martial arts = vechtkunsten nutrients = voedingsstof nutritious = voedzaam to perceive = waarnemen relief = opluchting sophomore = tweedejaars to stay on track = op het goede spoor blijven supplement = extra