Engels : Nederlands
accurate = accuraat
brief = kort
cautious = voorzichtig
convenient = handig
despite = ondanks
directly = direct
environmental = omgevings
frequently = regelmatig
heavily = zwaar
irregular = onregelmatig
the ability = de mogelijkheid
the amount = de hoeveelheid
the background information = de achtergrondinformatie
the benefit = het voordeel
the breath = de adem
the bunch = een aantal
the cancer = de kanker
the celebrity = de beroemdheid
the chance = de kans
the condition = de gesteldheid
the consideration = overweging
the development = de ontwikkeling
the diver = schoonspringer
the DNA damage = de DNA-schade
the effect = het effect
the energy level = het energieniveau
the entry = het artikel
the food pipe = slokdarm
the habit = de gewoonte
the heart attack = de hartaanval
the hour = het uur
the instructor = de leraar
the knowledge = de kennis
the length = de lengte
the lip = de lip
the minimum wage = het minimumloon
the nerve ending = het zenuwuiteinde
the oxygen demand = het zuurstofvraag
the packet = het pakket
the president = de president
the press = de pers
the unemployment = de werkloosheid
to advise = adviseren
to attend = bijwonen
to benefit = bevoordelen
to charge = in rekening brengen
to continue = doorgaan
to decrease = afnemen
to develop = ontwikkelen
to drop = zakken
to exist = bestaan
to handle = omgaan met
to involve = betrokken bij
to lead = leiden
to marry = trouwen
to take into account = overwegen