Engels : Nederlands job interview = sollicitatiegesprek to anticipate on = anticiperen op manpower = arbeidskrachten to forecast = voorspellen acquisition = aankoop / overname redundancies = gedwongen ontslagen to increase = vergroten to decrease = verkleinen to redeploy = ergens anders inzetten recruitment = werving dismissal = ontslag unemployment benefit = werkloosheidsuitkering job description = functiebeschrijving person specification = persoonsspecificatie questionnaire = vragenlijst applicant = sollicitant work experience = werkervaring characteristics = eigenschappen / kenmerken application = sollicitatie growth opportunities = groeimogelijkheden track record = staat van dienst requirements = vereisten / eisen seniority = anciƫnniteit dependable = betrouwbaar assertive = assertief poised = evenwichtig / verstandig personable = knap / representatief welfare = welzijn compulsory = verplicht incompetence = onbekwaamheid