Engels : Nederlands abroad = naar het buitenland adventurous = avontuurlijk persistent = volhardend outskirts = buitenwijken to organise = organiseren to get in a muddle = in de war raken travel agent's = reisbureau immediately = meteen back-up = ondersteuning tight = krap competitive = concurrerend customers = klanten currently = op dit moment promotion = aanbieding sounds like = klinkt als upgrade = opwaardering necessary = nodig misunderstanding = misverstand price = prijs to volunteer = als vrijwilliger werken exploration = verkenning undiscovered = niet ontdekt isolated = afgelegen supplies = voorraden plenty of = genoeg developing countries = ontwikkelingslanden in demand = gewild to participate in = deelnemen aan over = meer dan to succeed = succes hebben decade = tien jaar throughout = door heel survival skills = overlevingstechnieken work experience placement = stage cheetah = jachtluipaard cubs = welpen to pass my exams = slagen voor mijn examen preparing = klaarmaken to bother = moeite doen beef stew = stoofpot met rundvlees nutritious = voedzaam herbs = kruiden spices = specerijen dishes = gerechten chap = kerel bland = flauw van smaak to dismiss = afwijzen to modernise = moderniseren to experiment = experimenteren appetising = lekker to sample = proeven authentic = origineel feast = feestmaal to appreciate = waarderen garnished = gegarneerd recipe = recept pensioners = gepensioneerden conservation = het behoud to achieve = bereiken sanctuary = wildreservaat up close and personal = dichtbij