Engels : Nederlands
to adore = aanbidden
approved = goedgekeurd
benevolent = welwillend
bewildered = verward
delighted = opgelucht
to despise = verachten
dismayed = wanhopig
disturbed = je ongemakkelijk voelen
edgy = prikkelbaar / gespannen / gespannen, prikkelbaar / prikkelbaar, gespannen
graceful = sierlijk
to horrify = met afschuw vervullen
to humiliate = vernederen
to infuriate = iemand heel kwaad maken
joyful = opgewekt / blij
miserable = je vreselijk voelen
provoked = uitgelokt
resentful = met afschuw vervuld
worthy = de moeite waard
to record = opnemen