Engels : Nederlands angle = gezichtspunt survey = onderzoek to launch = lanceren separate = afzonderlijk specific = specifiek to store = opslaan tool = hulpmiddel to recite = opzeggen lapse = misser definite = stellig to fade = wegsterven to distract = afleiden annoying = ergerlijk to mislay = kwijtraken to revise = leren to memorise = uit het hoofd leren response = respons the elderly = ouderen equally = even embarrassing = gĂȘnant pointless = onzinnig significant = belangrijk