arrangement cross easy-going
fairly fire (to) foam
glamorous keep secret (to) leave out (to)
loose offend (to) pointless
preoccupied with presume (to) sensitive
slide (to) - slid - slid soaking take personally (to)
tend to (to) tremendous turn down (to)
untidy upset (to) - upset - upset
relaxed boos plan
schuim schieten, (af)vuren tamelijk, redelijk
overslaan, uitsluiten geheimhouden stijlvol, chic
zinloos boos maken, beledigen los
gevoelig veronderstellen in beslag genomen door
persoonlijk opvatten doorweekt glijden - gleed (gleden) - gegleden
afwijzen enorm neigen, geneigd zijn
van streek maken - maakte(n) van streek - van streek gemaakt rommelig