shower to have a swim to get up
got up pool to wake up
woke woken to be impressed
exercise break unbelievable
sheet shock to hit
hit crash injured
to knock damage mountain bike
injury to repeat straight away
detail nightmare to break
opstaan gaan zwemmen douche
wakker maken zwembad stond op, stonden op / stond op / stonden op / opgestaan
onder de indruk zijn wakker gemaakt maakte wakker, maakten wakker / maakte wakker / maakten wakker
ongelofelijk pauze lichaamsbeweging
raken schok laken
gewond botsing raakte, raakten / raakte / raakten / geraakt
mountainbike schade, letsel / schade / letsel stoten
meteen herhalen verwonding
breken nachtmerrie detail
broke broken bone
conscious to live to die
refreshing to skid stretch of road
to tremble
bot gebroken brak, braken / brak / braken
sterven, doodgaan / sterven / doodgaan leven bij bewustzijn
stuk weg slippen verfrissend
beven