Engels : Nederlands familiar = bekend to expect = verwachten how about ‰Û_ = wat dacht je van spare time = vrije tijd myself = mezelf gang = bende to be all for it = er helemaal voor zijn to tackle = aanpakken tomorrow = morgen as well as = net als advertisement = advertentie to find = vinden found = vond, vonden / vond / vonden artist = artiest design = ontwerp winner = winnaar to add = toevoegen signature = handtekening as long as = zo lang in any way = op de een of andere manier uncool = niet cool mad = gek bike shed = fietsenstalling spot = plek massive = gigantisch, heel groot / gigantisch / heel groot allowed = toegestaan nowhere = nergens to begin = beginnen began = begon, begonnen / begon / begonnen to solve = oplossen another = nog een, een ander / nog een / een ander to come up = naar boven komen, bedenken / naar boven komen / bedenken to tag = je handtekening zetten imaginative = fantasierijk