Engels : Nederlands Design Engineering = Industrieel Ontwerpen splendid = geweldig related = familie van, verwant / familie van / verwant even though = hoewel upbringing = opvoeding western = westers culture = cultuur to appreciate = waarderen, respecteren / waarderen / respecteren custom = gewoonte to fear = vrezen, bang zijn voor / vrezen / bang zijn voor education = opleiding to be married = getrouwd zijn / getrouwd to attend = gaan naar academic = academisch outstanding = uitstekend, uitmuntend / uitstekend / uitmuntend facilities = voorzieningen, faciliteiten / voorzieningen / faciliteiten library = bibliotheek studies = studie poet = dichter lonely = eenzaam company = gezelschap to agree = akkoord gaan met, goed vinden / akkoord gaan met / goed vinden to have in common = gemeen hebben attractive = aantrekkelijk unreasonable = onredelijk unwilling = onwillig wish = wens shocked = geschokt, geschrokken / geschokt / geschrokken to bring up = grootbrengen, opvoeden / grootbrengen / opvoeden wide = breed, groot / breed / groot circle = kring to tear / tore / torn = scheuren / scheurde / gescheurd confused = verward, in verwarring / verward / in verwarring friendship = vriendschap homesick = heimwee to feel homesick = heimwee hebben to upset = van streek maken to disappoint = teleurstellen to be offended = beledigd zijn distant = ver excellence = klasse well-equipped = goed uitgerust undergraduate course = bachelor-studie to force yourself on someone = je aan iemand opdringen