Engels : Nederlands apostate = afvallige asset manager = vermogensbeheerder bold = krachtig / fors civic = burger concern = betrokkenheid / interesse to deem = beschouwen als devout = vroom dutifully = plichtsgetrouw to elicit = teweegbrengen / ontlokken to emphasise = benadrukken perverse = tegennatuurlijk reluctant = aarzelend / onwillig rupture = breuk / scheiding to stipulate = bepalen / vastleggen academia = de academische wereld baying mob = blaffende meute communal = maatschappelijk fraught with = vol van ostracism = doodverklaring / verbanning tenet = leerstelling / grondbeginsel