Engels : Nederlands league = competitie to keep to; to stick to / to comply with; to observe = zich houden aan fair = sportief substitute = invaller; vervanger match = partij; gelijke association = bond advantage = voordeel disadvantage; drawback = nadeel entry = inschrijving; deelnemer in favour of = ten gunste van endurance; stamina = uithoudingsvermogen to disqualify = diskwalificeren facility = voorziening; faciliteit agreement = overeenkomst to perform = presteren performance / achievement = prestatie exercise = lichaamsbeweging to exercise = oefenen to benefit = goed doen tournament = toernooi runner-up = tweede to manage to / to succeed in = erin slagen to succeed = slagen keen = enthousiast contest = wedstrijd to achieve = bereiken to intervene = tussen beide komen