Engels : Nederlands traffic = verkeer lane = rijstrook cautious; careful = voorzichtig careless = onvoorzichtig caution! = pas op mistake; error = fout to avoid = vermijden rush hour = spitsuur to prevent = voorkomen; verhinderen the prevention of = het voorkomen van speed limit = maximum snelheid to exceed = overschrijden to blame = de schuld geven blame = schuld it is my fault = het is mijn schuld due to; owing to = te wijten aan occupant = inzittende pedestrian = voetganger pavement = trottoir accidentally = per ongeluk curve; bend = bocht to appear = verschijnen to disappear = verdwijnen junction = kruispunt to overtake = inhalen sign = teken sign; road sign = verkeersbord signpost = wegwijzer to indicate = aangeven indication = aanwijzing driving licence = rijbewijs