Engels : Nederlands serial = serie (doorlopend verhaal) series = reeks episode = aflevering viewing figures/TV ratings = kijkcijfers viewer = kijker station = zender to receive = ontvangen channel = kanaal aerial = antenne dish = schotelantenne to broadcast = uitzenden to cover = verslaan/een verslag maken van coverage = verslaggeving presenter = presentator footage = filmfragment to advertise = adverteren advertisement / ad/advert = advertentie commercl = reclamespot advertising agency = reclamebureau campaign = campagne to launch = lanceren to meet expectations = aan de verwachtingen voldoen to fall short of = niet voldoen aan to ban = verbieden verbod = verbod standard = norm