Engels : Nederlands to allege = beweren apprenticeship = (mee)werkstage, leertijd cash-strapped = met financiƫle tekorten dropout rate = uitvalpercentage enlistment = dienst, indiensttreding to enrol = inschrijven extenuating circumstances = verzachtende omstandigheden GPA = gewogen gemiddelde to lay off = ontslaan to maintain = vasthouden, volharden for good measure = voor de aardigheid, voor de goede orde notion = idee to be sold on = overtuigd zijn van to steer = sturen strain = druk, spanning thought out = doordacht to say nothing of = om nog maar te zwijgen over to waive = afzien van, afstand doen with flying colours = met vlag en wimpel with honours = cum laude