Engels : Nederlands to address = aanpakken administrator = iemand van de leiding alienated = vervreemd beyond = verder dan bonding = binding to capture (picture) = in beeld brengen to capture (animal) = vangen to circulate = verspreiden cohesion = eenheid compassionate = meelevend en begripsvol to conduct = leiden court = rechtbank dignity = waardigheid to endure = verdragen fellowship = gezelschap findings = conclusies (van een onderzoek) to foster = bevorderen gesture = gebaar guidelines = richtlijnen hostile = vijandig merry = vrolijk to mitigate = verzachten overly = zeer pun = woordspeling self-deprecating = met zelfspot