Engels : Nederlands characteristics = kenmerken, eigenschappen draft = kladversie errors = fouten perspective = kijk op, visie to [be familiar with] = bekend zijn met to [be involved] = ergens bij betrokken zijn (to) engage = erbij betrekken, geïnteresseerd houden (to) feature = gebruiken / opnemen (to) involve = erbij betrekken (to) jot down = noteren (to) modify = veranderen (to) personalize = persoonlijk maken (to) revise = herzien / nakijken thoroughly = grondig whether ... or = of ... of