Sometimes we spend too much on clothes.
|
Don't buy clothes unless you really need them.
|
Make a shopping list and stick to it.
|
One of the items on my list is...
|
Give yourself a budget.
|
Do some research beforehand.
|
How much do they cost?
|
Take cash with you and leave your debit card at home.
|
How long is it going to last?
|
High-quality clothing is more expensive.
|
Because it keeps looking good, you will wear it for longer.
|
Time to think ahead.
|
My winter coat has a nasty tear in it.
|
Prices are reduced now.
|
Your bank account will look even better than you!
|
Let's make a list.
|
Do we have any crackers?
|
I don't think we have any cheese left.
|
Do you think this is enough?
|
We'll need some eggs and milk.
|
|
Maak een boodschappenlijstje en hou je eraan.
|
Koop geen kleren tenzij je ze echt nodig hebt.
|
Soms geven we te veel uit aan kleren.
|
Doe vooraf wat onderzoek.
|
Geef jezelf een budget.
|
Een van de dingen op mijn lijstje is...
|
Hoe lang gaat het mee?
|
Neem contant geld mee en laat je pinpas thuis.
|
Hoeveel kosten ze?
|
Tijd om vooruit te denken.
|
Omdat het er mooi blijft uitzien, zul je het langer dragen.
|
Kleding van goede kwaliteit is duurder.
|
Je bankrekening zal er nog beter uitzien dan jij!
|
De prijzen zijn nu verlaagd.
|
Er zit een lelijke scheur in mijn winterjas.
|
Ik denk niet dat we nog kaas over hebben.
|
Hebben we nog crackers?
|
Laten we een lijstje maken.
|
|
We hebben eieren en melk nodig.
|
Denk je dat dit genoeg is?
|