Engels : Nederlands
Your parents are your [father] and your mother. = Je ouders zijn je [vader] en je moeder.
That was [sweet] of you = Dat was [lief] van jou
She was a very [beautiful] woman. = Ze was een heel [mooie] vrouw.
His [weapon] is a short sword. = Zijn [wapen] is een kort zwaard.
slope = helling
[a few] minutes later... = [een paar] minuten later...
He has a [soft] spot for you.  = Hij heeft een [zwakke] plek voor jou.
He has a soft [spot] for you.  = Hij heeft een zwakke [plek] voor jou.
I feel [safe] now. = Ik voel me nu [veilig].
Watch out for [highwaymen] on that dangerous road. = Kijk uit voor [struikrovers] op die gevaarlijke weg.
When two men face [death] in battle together, they become like brothers. = Wanneer twee mannen in de strijd de [dood] in de ogen hebben gezien worden ze als broeders.
When two men face death in [battle] together, they become like brothers. = Wanneer twee mannen in de [strijd] de dood in de ogen hebben gezien worden ze als broeders.
We can can travel [together] on this dangerous road. = We kunnen [samen] reizen op deze gevaarlijke weg.
from time to time / occasionally / [sometimes] = ... [soms] ...
sometimes he misses my father [more than] I do. = soms mist hij mijn vader [meer dan] ik.
Stop [immediately], or you'll live to regret it!! = Hou daar [meteen] mee op of je krijgt er spijt van!!
Stop immediately, or you'll live to [regret] it!! = Hou daar meteen mee op of je krijgt er [spijt] van!!
thanks = bedankt
Please [calm down] all of you! = kalmeren
mercy = genade
damsel = jonkvrouw
I'll have my servant put [shackles] on you, and we will sentence you to the rope. = Ik laat mijn dienaar jou in de [boeien] slaan, en we zullen je tot de strop veroordelen.
I'll have my servant put shackles on you, and we will [sentence] you to the rope. = Ik laat mijn dienaar jou in de boeien slaan, en we zullen je tot de strop [veroordelen].
I'll have my [servant] put shackles on you, and we will sentence you to the rope. = Ik laat mijn [dienaar] jou in de boeien slaan, en we zullen je tot de strop veroordelen.
In this country, the [law] strictly forbids all abuse of children! = In dit land verbiedt de [wet] strikt misbruik van kinderen!
Belgium is a [country] = België is een [Land]
Child abuse is [sacrilege] and. = Kindermishandeling is [heiligschennis].
In this country, the law strictly forbids all abuse of [children]! = In dit land verbiedt de wet strikt misbruik van [kinderen]!
Child abusers are sent to the [gallows]! = Kindermishandelaars gaan naar de [galg]!
flog = geselen
deserve = verdienen
beat = slaan
care = zorgen
My [son] is everything to me. = Mijn [zoon] is alles voor me.
Mercy? Now, you're afraid. You're a [coward]! = Genade? Nu ben je opeens bang. Je bent een [lafaard]!
afraid = bang
[mercy]? Now, you're afraid. You're a coward! = [genade]? Nu ben je opeens bang. Je bent een lafaard!
Are you [afraid] in the dark? = Ben je [bang] in het donker?
foolish = dwaas
defense = verdediging
worried = bezorgd
mercy = genade
worse = slechter
father = vader
problem = probleem
serf = lijfeigene
strong = sterk
parents = ouders
brought up = opgevoed
peasant / [farmer] = boer
against = tegen
damsel = jonkvrouw
Important = belangrijk
Really = echt
stay = blijven
peasant / [farmer] = boer
wonder = afvragen
angry = boos
each time = telkens
hundred = honderd
decide = beslissen
think = denken
starve = verhongeren
together = samen
girl = meisje
silence = stilte
wed = trouwen
buy = kopen
owner = eigenaar
farm = boerderij
screaming = schreeuwen
fighting = vechten
happening = gebeuren
city = stad
wedding = huwelijk
afford = veroorloven
poor = arm
guard = bewaker
highwaymen = struikrovers
neighbors = buren
difference = verschil
prepare = voorbereiden
I have a [surprise] for you! = Ik heb een [verrassing] voor je!
chase = achtervolgen
hurry = haasten
gladly = Graag
protect = beschermen
until = tot
little = klein
great = groot
[peasant] / farmer = boer
serve = dienen
Ask for your parents' [permission] before you go out. = toestemming
urgent = dringend
neighbour = buurman
slavery = slavernij
unjust = onrechtvaardig
inheritance = erfenis
empire = rijk
beer = bier
company = gezelschap
You have a lovely [house]. = huis
safe = veilig
thanks to = dankzij
generosity = vrijgevigheid
servant = dienaar
mighty = machtig
slave = slaaf
survive = overleven
sell = verkopen
starve = verhongeren
probably = waarschijnlijk
Advantage = Voordeel
owner = eigenaar
understand = begrijpen
slavery = slavernij
advantages = voordelen
abolish = afschaffen
laws = wetten
cruelty = wreedheid
advantages = voordelen
pity = jammer
robbers = rovers
Financial [reward] for the music was not the agenda. = Financiële [beloning] voor de muziek stond niet de agenda.
the [head] of the school is on holiday. = het [hoofd] van de school is op vakantie.
leader = leider
$5 million seems a lot of [money] = geld
precious = kostbaar
wrong = verkeerd
sad = droevig
unfortunately = helaas
expensive = duur
nearly = bijna
freedom = vrijheid
idea = idee
damsel = jonkvrouw
beer = bier
bright = slim
genius = genie
valuable = waardevol
very = heel
bait = lokaas
robbers = rovers
afraid = bang
horse = paard
far away = ver weg
highwaymen = struikrovers
daughter = dochter
leader = leider