Engels : Nederlands The police are convinced that she was [tortured] and killed. = De politie is ervan overtuigd dat ze werd [gemarteld] en gedood. He dressed quickly in casual [clothes]. = Hij kleedde zich snel om in casual [kleding]. [though] I'm the one TORTURED, the CLOTHES get the RACK = [hoewel] ik degene ben die gemarteld wordt krijgen de kleren het rek ... a pair of nylon [stockings]. = ... een paar nylon [kousen]. A [jacket] is a short coat with long sleeves. = een [jas] is een korte jas met lange mouwen I scrub all the finery I myself [lack] = Ik schrob alle opsmuk ik zelf [mis] A [jacket] is a short coat with long sleeves. = een [jas] is een korte jas met lange mouwen ... a pair of nylon [stockings]. = ... een paar nylon [kousen]. I am a [laundress] with basket on back. = Ik ben een [wasvrouw] met een mand op mijn rug. You can fit in my [basket]! = Je past in mijn [mand]! She turned her [back] to the audience. = Ze keerde haar [rug] naar het publiek. I'll [explain] later = Ik zal het later [uitleggen] what do you have to [hide]? = wat heb jij te [verbergen]? [first], second, third ... = [eerst]e, tweede, derde ... Because you can [talk]? = Omdat je kunt [praten]? The [hunters] stalked their prey. = De [jagers] beslopen hun prooi. the [dogs] bark = de [honden] blaffen They won't [smell] me? = Zullen ze mij niet [ruiken]? The [hunters] stalked their prey. = De [jagers] beslopen hun prooi. I am a laundress with [basket] on back. = Ik ben een wasvrouw met een [mand] op mijn rug. to [dig] a hole = een gat [graven] You can [fit] in my basket! = Je [past] in mijn mand! what do you have to [hide]? = wat heb jij te [verbergen]? A [girl] is a female child. = Een [meisje] is een vrouwelijk kind. the red and quick [fox] = de rode en snelle [vos] The laundress has smelly [customers]. = De wasvrouw heeft stinkende [klanten]. the [laundry] is drying = het [wasgoed] is aan het drogen [little] things are small in size = [kleine] dingen zijn klein in omvang the [red] and quick fox = de [rode] en snelle vos the red and quick [fox] = de rode en snelle [vos] to [boil] him up for your dinner = hem te [koken] voor je maaltijd my [lord] = mijn [heer] I [just] now started talking. = Ik ben nu [net] begonnen te praten. I'm just [relieved] = ik ben gewoon [opgelucht] The laundress has smelly [customers]. = De wasvrouw heeft stinkende [klanten]. Because you can [talk]? = Omdat je kunt [praten]? [because] you can talk? = [omdat] je kunt praten? They've been [chasing] me for days. = Ze hebben me dagenlang [opgejaagd]. What are you doing today [besides] working. = Wat doe je vandaag [naast] het werken. [because] I'm a fox = [omdat] ik een vos ben I've had [enough] = ik heb [genoeg] gehad What do you [mean]? = Wat [bedoel] je? So I wished that I could [talk]. = Dus ik wenste dat ik kon [praten]. So I [wished] that I could talk. = Dus ik [wenste] dat ik kon praten. What do you [think]? = Wat [denk] je? There is no [other way] = Er is geen [andere manier] You will have to [ask] David about that. = Dat moet je aan David [vragen]. You [saved] my life! = Je hebt mijn leven [gered]! I need [somebody] to help me. = Ik heb [Iemand] nodig om me te helpen. When will he [come back]? = Wanneer zal hij [terugkomen]? You [think] they'll come back for you? = [denk] je dat ze terugkomen voor jou? Foxes are naked and [humans] wear clothes. = Vossen zijn naakt en [mensen] dragen kleding. you just put on those [clothes]! = je hebt die [kleren] net aangedaan! It is good to be a [human]. = Het is goed om een [mens] te zijn. And now my [troubles] are over. = En nu zijn mijn [problemen] voorbij. Your knee is in the middle of your [leg]. = Je knie is in het midden van je [been]. Well, you might not be [hunted] anymore. = Nou, nu wordt je niet meer [opgejaagd] But we [humans] have our troubles, too. = Maar wij [mensen] hebben ook onze problemen. But we humans have our [troubles], too. = Maar wij mensen hebben ook onze [problemen]. I wash other peoples' [clothes]. = Ik was andermans [kleding]. I keep [chickens] for eggs. = Ik houd [kippen] voor de eieren. Maybe you could [raise] sheep or chickens. = Misschien kun je schapen of kippen [fokken]. Maybe you could raise sheep or [chickens]. = Misschien kun je schapen of [kippen] fokken. Maybe you could raise [sheep] or chickens. = Misschien kun je [schapen] of kippen fokken. Maybe you could raise [sheep] or chickens. = Misschien kun je [schapen] of kippen fokken. [maybe] you need to wish a little harder. = [misschien] moet je wat harder wensen Maybe you could raise [sheep] or chickens. = Misschien kun je [schapen] of kippen fokken. A [shepherd] is a person whose job is to look after sheep. = Een [herder] is een persoon wiens baan het is om schapen te houden. What else do [people] worry about? = Waar maken [mensen] zich nog meer zorgen over? What else do people [worry] about? = Waar maken mensen zich nog meer [zorgen] over? ... what do you really know about [love]? = ... wat weet je nou echt over de [liefde]? You just find a [girl] and you're done in half an hour! = Je hoeft alleen een [meisje] te vinden en je bent klaar binnen een half uur! They waited for about two [hour]s. = Ze wachtten ongeveer twee [uur]. That's [easy]! = Dat is [makkelijk]! the red and quick [fox] = de rode en snelle [vos] [maybe] you need to wish a little harder. = [misschien] moet je wat harder wensen If you're a person, you're [supposed] to fall in love. = Als je een persoon bent [hoor] je verliefd te worden. I'm [in love]... = Ik ben [verliefd] ... I am a [laundress] with basket on back. = Ik ben een [wasvrouw] met een mand op mijn rug. A [shepherd] is a person whose job is to look after sheep. = Een [herder] is een persoon wiens baan het is om schapen te houden. Who [wears] this? = Wie [draagt] dit? A [shopkeeper] is a person who owns or manages a shop. = Een [winkelier] is een persoon die eigenaar of beheerder is van een winkel. I could marry a [shopkeeper], = Ik kan een [winkelier] trouwen, A [shop] is a place where things are sold. = Een [winkel] is een plek waar de dingen worden verkocht. A shop is a [place] where things are sold. = Een winkel is een [plek] waar de dingen worden verkocht. A shop is a place where things are [sold]. = Een winkel is een plek waar de dingen worden [verkocht]. I am a [laundress] with basket on back. = Ik ben een [wasvrouw] met een mand op mijn rug. ... but I could never [marry] a fox. = ... maar ik kan nooit [trouwen] met een vos. I could marry a [shopkeeper], = Ik kan een [winkelier] trouwen, and I am quite a [catch] = en ik ben een goede [vangst] and I am [quite] a catch = en ik ben een [goede] vangst I [sell] all sorts of things = Ik [verkoop] van alles ... but I could never [marry] a fox. = ... maar ik kan nooit [trouwen] met een vos. ... but I could [never] marry a fox. = ... maar ik kan [nooit] trouwen met een vos. A [shopkeeper] is a person who owns or manages a shop. = Een [winkelier] is een persoon die eigenaar of beheerder is van een winkel. Maybe you need to [wish] a little harder. = Misschien moet je wat harder [wensen] [maybe] you need to wish a little harder. = [misschien] moet je wat harder wensen ... what do you [Really] know about love? = ... wat weet je nou [echt] over de liefde? ... what do you really know about [love]? = ... wat weet je nou echt over de [liefde]? That's not how it [works]. = Dat is niet hoe het [werkt]. ... because you [still] seem like a fox to me. = ... omdat je [nog steeds] op een vos lijkt voor mij. Why can't you [just] love me?!? = Waarom kan je niet [gewoon] van me houden?? [clearly] I'm wasting my energy trying to change you. = Het is [duidelijk] dat ik mijn energie verspil met je te proberen te veranderen. Clearly I'm wasting my [energy] trying to change you. = Het is duidelijk dat ik mijn [energie] verspil met je te proberen te veranderen. I need to [change] myself so well that you forget that I was ever a fox. = Ik moet mezelf zo goed [veranderen] dat je vergeet dat ik ooit een vos was. Why can't you [just] love me?!? = Waarom kan je niet [gewoon] van me houden?? [why] can't you just love me?!? = [waarom] kan je niet gewoon van me houden?? Maybe you [need] to wish a little harder. = Misschien [moet] je wat harder wensen I need to [forget] that I ever was a fox. = Ik moet [vergeten] dat ik ooit een vos was. I need to [change] myself so well that you forget that I was ever a fox. = Ik moet mezelf zo goed [veranderen] dat je vergeet dat ik ooit een vos was. I am a laundress with [basket] on back. = Ik ben een wasvrouw met een [mand] op mijn rug. I have to [return] all of this! = Ik moet dit allemaal nog [terug] brengen! I'm [almost] done. = Ik ben [bijna] klaar. I'm almost [done]. = Ik ben bijna [klaar]. Don't [look]. = Niet [kijken]. You can[ turn around] now- = Je kan je nu [omdraaien] Those things weren't in the [basket]. = Die dingen waren niet in de [mand]. He always tells them stories about horrible [things] happening to stingy people. = Hij vertelt ze altijd verhalen over verschrikkelijke [dingen] wat er met gierig mensen gebeurd. He [always] tells them stories about horrible things happening to stingy people. = Hij vertelt ze [altijd] verhalen over verschrikkelijke dingen wat er met gierig mensen gebeurd. you just put on those [clothes]! = je hebt die [kleren] net aangedaan! My [horse] and hounds are just down the road. = Mijn [paard] en honden zijn verderop. My horse and [hounds] are just down the road. = Mijn paard en [honden] zijn verderop. I'm a [hunter]. = Ik ben een [jager]. I'm on a [foxhunt] today, you see. = Ik ben vandaag op een [vossenjacht], zie je. I'm on a foxhunt [today], you see. = Ik ben [vandaag] op een vossenjacht, zie je. Are you [convinced]? = Ben je [overtuigd]? [certainly], lady Eglantine. = [zeker], dame Eglantine. [certainly], lady Eglantine. = [zeker], dame Eglantine. But that's [horrible]! What sort of fox would hunt his own kind? = Maar dat is [verschrikkelijk]! Wat voor soort vos zou op zijn eigen soort jagen? But that's horrible! What sort of [fox] would hunt his own kind? = Maar dat is verschrikkelijk! Wat voor soort [vos] zou op zijn eigen soort jagen? But that's horrible! What sort of fox would [hunt] his own kind? = Maar dat is verschrikkelijk! Wat voor soort vos zou op zijn eigen soort [jagen]? But that's horrible! What sort of fox would hunt his own [Kind]? = Maar dat is verschrikkelijk! Wat voor [Soort] vos zou op zijn eigen soort jagen? I'm not [surprised]. = Ben ik niet [verbaasd]. any [sign] of the fox? = enig [teken] van de vos?