Engels : Nederlands
barn swallow = boerenzwaluw
cowry = porseleinslak
dwelling = woning / huis
(to) emboss = in reliëf aanbrengen
flock = vlucht / zwerm
ingenious = ingenieus / vindingrijk
irreversible = onomkeerbaar
(to) negotiate = doorheen komen
(to) proliferate = groeien / zich snel uitbreiden
ramshackle = bouwvallig / gammel
refuse = afval
relentlessly = gestaag / aanhoudend
(to) sensitise = ontvankelijk maken
sprightly = opgewekt / levendig
supply and demand = vraag en aanbod
sustainable = duurzaam