toilet

Could you tell me where the toilet is?

booked tickets

I have booked tickets.

enjoyed

I have enjoyed myself.

boring

I think it was boring.

party

I want to give a party.

long

I won't be long.

come

I'm sorry but I can't come.

meeting

It was nice meeting you.

hire

Let's hire a DVD.

Saturday

See you on Saturday.

Thank you

Thank you very much.

sold out

The tickets were sold out.

start

What time does the film start?

party

Would you like to come to my party?

genoten

Ik heb genoten.

tickets geboekt

Ik heb tickets geboekt.

toilet

Kunt u me vertellen waar het toilet is?

lang

Ik zal niet lang duren.

feest

Ik wil een feest geven.

saai

Ik vond het saai.

huren

Laten we een dvd huren.

ontmoet

Leuk je ontmoet te hebben.

komen

Het spijt me maar ik kan niet komen.

uitverkocht

De kaartjes waren uitverkocht.

bedankt

Hartelijk bedankt.

zaterdag

Tot zaterdag.

feestje

Vind je het leuk om naar mijn feestje te komen?

begint

Hoe laat begint de film?