Engels : Nederlands to sign = ondertekenen signature = handtekening initial = beginletter / initiaal draft = concept / klad paragraph = alinea to refer to = verwijzen naar reference = verwijzing to omit = weglaten omission = weglating abbreviation = afkorting object = voorwerp to underline = onderstrepen instance = voorbeeld We wrote a [poem] about our school trip. = gedicht poet = dichter to compile = samenstellen A [novel] is a long written story about imaginary people and events. = Een [roman] is een lang geschreven verhaal over denkbeeldige mensen en gebeurtenissen. novelist = romanschrijver main character = hoofdpersoon famous = beroemd adaptation = bewerking to deal with = behandelen vivid = levendig review = recensie reviewer = recensent critic = criticus criticism = kritiek to criticize = bekritiseren critical = kritisch fiction = romans / [fictie / verzinsel] fiction = [romans] / fictie / verzinsel preface = voorwoord