Engels : Nederlands
What furniture do you have in your bedroom? = Welke meubels heb je in je slaapkamer?
What does your bedroom look like? = Hoe ziet jouw slaapkamer eruit?
What colours do you have in your bedroom? = Welke kleuren heb je in je slaapkamer?
Do you have any decorations, like posters in your room? = Heb je decoratie, zoals posters in je kamer?
I have posters on the walls. = Ik heb posters op mijn muren.
My curtains are dark blue. = Mijn gordijnen zijn donkerblauw.
I do my homework in my room. = Ik maak mijn huiswerk in mijn kamer.
Who can or cannot enter your room? = Wie mag er wel of niet in je kamer komen?
My little brother is not allowed in my room. = Mijn broertje mag mijn kamer niet in.
I share my room with my sister. = Ik deel mijn kamer met mijn zus.
I sleep in a bunk bed / captain’s bed. = Ik slaap in een stapelbed / bed met lades.
I sleep in a loft bed and my desk is under it. = Ik slaap in een hoogslaper en mijn bureau staat eronder.
I really like my room. = Ik vind mijn kamer erg leuk.
She hates her room. = Zij vindt haar kamer vreselijk.
What will your room look like? = Hoe gaat je kamer eruitzien?
What will you do this week? = Wat ga je deze week doen?
What do you want to do this week? = Wat wil je deze week doen?
When will you change your room? = Wanneer ga je jouw kamer veranderen?
Which colour will you use? = Welke kleur ga je gebruiken?
Where will you buy a new dresser? = Waar ga je een nieuwe ladekast kopen?
Can you show me your new loft bed / chair? = Kun je me jouw nieuwe hoogslaper / stoel laten zien?
Where will you put your furniture? = Waar ga je je meubels plaatsen?
Look, this is a picture of my new closet. = Kijk, dit is een plaatje van mijn nieuwe kledingkast.
I will go to the store this weekend. = Ik ga dit weekend naar de winkel.
I will go to Ikea this Friday. = Ik ga komende vrijdag naar de Ikea.
I will choose some new wallpaper. = Ik ga nieuw behang uitkiezen.
Tomorrow, I will buy new covers and a new bed. = Morgen ga ik een nieuw dekbedovertrek en een nieuw bed kopen.
This week, I will remove all my furniture from my room. = Deze week haal ik al mijn meubels uit mijn kamer.
Next week, I will sleep in my new room. = Volgende week slaap ik in mijn nieuwe kamer.
I will change my room to an army theme. = Ik ga mijn kamer veranderen naar een legerthema.