Engels : Nederlands abroad = buitenland activities = activiteiten answer = antwoord changes = hier: overstappen (vaker: veranderingen) country = land day trips = dagtochten depart = vertrek duration = duur offer = aanbod option = mogelijkheid, optie outward journey = heenreis people = mensen return journey = terugreis suitcase = koffer training session = training to arrive = aankomen to be going to … = van plan zijn om te ... to be in a hurry = haast hebben to be into something = iets heel erg leuk vinden to bring = meenemen to come along = meekomen to make sure = er voor zorgen, controleren to sleep = slapen to stay at my house = bij mij logeren to stay with = logeren to take a train = de trein nemen to travel = reizen a couple of days = een paar dagen free of charge = gratis kind regards = vriendelijke groeten later on = later let me know = laat me weten loads of = enorm veel no longer = niet meer of course = natuurlijk thank you so much for… = heel erg bedankt voor… the best way to get to us = de beste manier om naar ons toe te komen through = door would like to = zouden graag willen