hair ill, sick wake up

to wake up

awake cold feel cold

to feel cold

poor be thirsty

to be thirsty

water
a couple of I'll see to it noise
nothing there's nothing I can do dark
(to) close sleep well have a cold

to have a cold

open closed; here: stuffed up nose drops
salt, salty paracetamol often, frequently
shake hands

to shake hands

other people earache
wakker worden

wakker worden

ziek het haar
het koud hebben

het koud hebben

koud wakker
het water dorst hebben

dorst hebben

arm
lawaai komt in orde een paar
donker ik kan er niks aan doen niks
verkouden zijn

verkouden zijn

welterusten dichtdoen
neusdruppels dicht open
vaak de paracetamol zout
de oorpijn anderen een hand geven

een hand geven

particularly warm; here: hot outside
wrong; here: at the wrong place the chemist's, drugstore clear / clearly
over, above three times a day before meals
strong (to) drive careful
‘got it' liquorice, licorice sweet
(naar) buiten warm vooral
duidelijk de drogist verkeerd
voor het eten driemaal daags boven
voorzichtig autorijden sterk
zoet het drop begrepen