Frans : Nederlands un blog = een blog les vacances = de vakantie dernier / dernière = hier: vorige content / contente = tevreden / blij fêter quelque chose = iets vieren l’amitié = de vriendschap triste / triste = verdrietig intéressant / intéressante = interessant très = erg bon / bonne = goed patati patata = blablabla peut-être = misschien tout / toute = heel une gare = een station un chanteur = een zanger oublier quelque chose = iets vergeten petit / petite = klein pendant = tijdens / gedurende enfin = eindelijk Ouf ! = Oef! avoir peur = bang zijn un quai = een perron une reine = een koningin l’Angleterre = Engeland un chapeau = een hoed vert / verte = groen long / longue = lang une robe = een jurk rouge = rood une ceinture = een riem jaune = geel penser = denken le jour = de dag joli / jolie = mooi / leuk un jean = een spijkerbroek / een jeans le strass = de stras (namaakjuweeltjes) court / courte = kort