Woordenlijsten Fran . . . Meest voorkomende woorden deel 1

pas ce n'est pas vrai	de le vélo de mon frère est cassé	à nous allons à Paris
je je suis très grand pour mon âge	il il n'a pas compris	le le chat est très mignon
ces ces pommes sont savoureuses	un un chien peut remuer la queue	après J'aime boire une tasse de café après le dîner
ça il ne manquait plus que ça	fois c'est ma première fois	l'année c'est l'année du chien
où où est-ce?	oui oui c'est vrai	alors alors monsieur, qu'allons-nous faire?
maintenant vous devez aller travailler maintenant!	bon ce qui est bon?	elle elle peut tout faire
chez chez moi	moment le moment où un évènement s'est produit	y il y a une autre réalité
comment comment ça marche?	jamais ne rentre jamais à la maison	moins nous voulons moins de désagréments
non non, ce n'est pas vrai

naar we gaan naar Parijs	van de fiets van mijn broer is kapot	niet dat is niet waar
de de kat is erg schattig	hij hij begreep er niks van	ik ik ben erg lang voor mijn leeftijd
na na het eten drink ik graag een kopje koffie	een een hond kan met zijn staart kwispelen	deze deze appels zijn lekker
het jaar dat is het jaar van de hond	keer dit is mijn eerste keer	dat dat misten ze alleen.
dus dus meneer, wat gaan we doen?	ja ja dat is waar	waar waar is dat?
zij zij kan alles voor elkaar krijgen	goed wat is goed?	nu je moet nu gaan werken!
er er bestaat een andere realiteit	ogenblik het ogenblik waarop een gebeurtenis plaatsvond	bij bij mij thuis
minder we willen minder overlast	nooit nooit meer naar huis	hoe hoe werkt dat?
		nee nee, dat is niet waar