navis, navis postquam + perf laetus
cum (1) cum (2) quamquam
quia classis, classis perire, perii, peritus
Romam aedificare ventus
dives, divitis tormentum secundus (1)
secundus (2) tandem postremo
mortuus (BN) pervenire, perveni, perventus tamen
exemplum
blij nadat +VVT schip
hoewel wanneer toen
omkomen vloot omdat
wind bouwen naar Rome
tweede foltering rijk
tenslotte eindelijk gunstig
toch aankomen dood
voorbeeld