Latijn : Nederlands persuadeo (persuadēre) = 1. overreden, overhalen (vaak + ut) + dat. 2. overtuigen (+ AcI) tamquam = 1. zoals 2. alsof circa + acc. = rondom, om...heen luna = maan numero (numerare) = tellen respexi = perf. van respicio (respicĕre) respicio (respicĕre) = 1. omkijken 2. bemerken, op iets letten, aandacht besteden aan lupus = wolf cecidi = perf. van caedo (caedĕre) caedo (caedĕre) = vellen, doden donec = 1. zolang als 2. totdat pecus, pecoris (o) = vee collum = nek, hals lux, lucis (v) = licht clarus, -a, -um = 1. helder, duidelijk 2. beroemd lectus = (aanlig)bed curo (curare) + acc. = zorgen voor, verzorgen intellexi = perf. van intellego (intellegĕre) intellego (intellegĕre) = begrijpen