adficitur paret linguam
navium infelici adeunt
templo hora praeterea
possident portu fato
classem frustra fugiunt
lingua, 1. de tong 2. de taal parere, gehoorzamen aan adficere, treffen
adire, gaan naar infelix, ongelukkig navis, het schip
praeterea, bovendien hora, het uur templum, de tempel
fatum, het lot portus, de haven possidere, bezitten
fugere, vluchten frustra, tevergeefs classis, de vloot