Nederlands : Nederlands een verband hebben (iets hangt met iets samen) = samenhangen met onderzoek laat zien dat... = onderzoek wijst uit dat... jongeren die in een ander land geboren zijn of van wie een van de ouders in een ander land geboren is = allochtone jongeren jongeren die geboren zijn in het land waar hij of zij woont, en wiens ouders daar ook geboren zijn = autochtone jongeren de plaats waar je geboren bent of de familie waarin je geboren bent / de afstamming = de afkomst elke dag = dagelijks de veel verschillende soorten muziek die er zijn (bijvoorbeeld van modern tot klassiek) = het brede muziekaanbod drukke gesprekken tussen mensen, waarbij mensen verschillende meningen hebben = levendige discussies tussen personen bekend zijn en door veel mensen leuk, goed enz. worden gevonden = populair zijn toevallig of volgens een afspraak zien en spreken / elkaar tegenkomen = elkaar ontmoeten