Nederlands : Nederlands In een gat vallen. = in een situatie terechtkomen waarin je weinig meer te doen hebt Gebeiteld zitten. = in een ideale positie verkeren Op twee gedachten hinken. = niet weten wat te moeten kiezen Het gelag betalen. = opdraaien voor de kosten Om de hete brij heen draaien. = niet tot de kern van de zaak komen Iets van de hand wijzen. = iets afwijzen De handdoek in de ring werpen. = ermee stoppen Iets met lede ogen aanzien. = met spijt vaststellen wat er gebeurt Iemand naar de kroon steken. = op weg zijn iemand te overtreffen Ergens oog voor hebben. = ergens aandacht voor hebben In een gat ... = vallen Gebeiteld ... = zitten Op twee gedachten ... = hinken Het gelag ... = betalen Om de hete brij heen ... = draaien Iets van de hand ... = wijzen De handdoek in de ring ... = werpen Iets met lede ogen ... = aanzien Iemand naar de kroon ... = steken Ergens oog voor ... = hebben synchroon = gelijk legitiem = rechtmatig competent = bekwaam (goed) transparant = doorzichtig conservatief = behoudend melancholiek = zwaarmoedig intolerant = onverdraagzaam informeel = vrijblijvend constructief = opbouwend conform = overeenkomstig kitsch = namaak prospectus = klein drukwerk met informatie (soort folder) principieel = uit overtuiging initiatief tonen = een eerste aanzet geven; iets op gang brengen furieus = woedend pamflet = papier met tekst over actueel onderwerp penetreren = binnendringen perforeren = van gaatjes voorzien op baseren = op funderen analyseren = grondig onderzoeken