ὁ μάντις (μάντεως) ἡ σκηνή συλλέγομαι
εἶτα ἡ φυλακή τὸ ὄναρ (ὀνείρατος)
καίτοι ἔχω + bijw. ἡ ἀσπίς (ἀσπίδος)
μέχρι + gen. καταφρονέω + gen. ὁ πόνος
ὑπερβάλλω / ὑπερβάλλομαι καλῶς ἔχει οἰκεῖος
ἔοικεν + inf. ἡ βασιλεία πληρόω (+ gen.)
τὸ ἅρμα (ἅρματος) ὁ κύριος ἕλκω
πλήττω, aor. ἔπληξα καταστρέφομαι ἡ πληγή
ἐπιτελέω στρατεύω ἡ ἐπιστολή
zich verzamelen tent / hut ziener / orakelgever
droom bewaking / wacht daarna / vervolgens / dan
schild zijn evenwel / toch
inspanning / moeite / werk / pijn / nood minachten tot (aan)
eigen het is mooi / het is goed ergens overheen gaan / overtreffen / overwinnen
vullen (met) koninkrijk / koningschap het is duidelijk dat (hij) / alles wijst erop dat (hij)
trekken / slepen heer / meester wagen
slag / klap (aan zich) onderwerpen / veroveren slaan
brief een veldtocht ondernemen / optrekken tegen / naar tot stand brengen / voltooien
χρῄζω + gen. παρακαλέω ἀναγιγνώσκω, aor. ἀνέγνων
ἡ γαστήρ (γαστ(έ)ρος) ὥσπερ + partic. ἡ σωφροσύνη
κλίνω, aor. ἔκλινα φυλάττομαι + acc. προσλέγω, aor. Προσεῖπον
ὁ φονεύς (φονέως) ὁ φιλόσοφος ἡ σπουδή
ἡ στρατεία ἀπαλλάττω ἡ δόξα
ἡ εἰκών (εἰκόνος) ὁ ἰατρός ἡ θυσία
herkennen / lezen erbij roepen / ontbieden nodig hebben / verlangen / vragen om
gezond verstand / wijsheid / zelfbeheersing als het ware / alsof maag / buik
toespreken / spreken tot oppassen voor neerleggen
spoed / haast / serieuze inspanning / moeite / ernst wijsgeer / filosoof moordenaar
mening / roem / reputatie verwijderen / bevrijden veldtocht
offer arts / dokter beeld / afbeelding