Spaans : Nederlands la comunicación = de communicatie la comedia = de komedie volver a = opnieuw doen el informativo = de nieuwsuitzending la noticia = het bericht / het nieuwsbericht el magazine = het tv-programma la serie = de serie / de tv-serie seguir = blijven / verdergaan met acompañar a = vergezellen / begeleiden / meegaan met la suerte le acompaña = het geluk is aan zijn kant policíaco = detective- investigar = onderzoeken llegar a = erin slagen om amar = houden van revuelto = roerig / veelbewogen / verward / rommelig la telenovela = de soapserie la ruta = de route la selva = het woud / het oerwoud el cocodrilo = de krokodil apreciar = bewonderen perderse = missen ¡No te lo puedes perder! = Dit mag je niet missen! la fama = de roem ¡A bailar! = Laten we gaan dansen! el concurso = de prijsvraag / de wedstrijd el jurado = de jury el programa = het programma duro = streng / hard ni una sola / [ni uno solo] = geen enkele [ni una sola] / ni uno solo = geen enkele el episodio = de aflevering el personaje = het personage sobre todo = vooral el catalán = het Catalaans el canal = de zender / het kanaal poner = vertonen / laten zien el amor = de liefde morirse por = dolgraag willen la detective / [el detective] = de detective [la detective] / el detective = de detective